Brief over de familie Tillemans aan het gemeentebestuur

Door • Alphens.nl • woensdag 25 mei 2016 om 17:31

Aan de Gemeenteraad en het College van Burgemeester en Wethouders van Alphen aan den Rijn,T.a.v. Mevrouw H. Oppatja en de Heer B. Eenhoorn,Postbus 132400 AA Alphen aan den Rijn

Alphen aan den Rijn, 5 februari 2012.

 

Betreft: Situatie familie P. Tillemans, Andromedastraat 1, 2401 HA Alphen aan den Rijn. 

Geacht College,

Hierbij vragen ondergetekenden, dringend uw aandacht voor de situatie waarin de heer en mevrouw P. Tillemans en L. Tillemans-van Veen, wonende te Alphen aan den Rijn, verkeren.

Voornoemd echtpaar ontvangt sinds maart 2011 een bijstanduitkering waarvan de achterliggende oorzaken bij u bekend zijn. Op 6 december 2011 is het echtpaar op bezoek geweest bij mevrouw J. Duba en de heer F. Overmars.

Tijdens dit gesprek is zonder omhaal naar voren gebracht dat mevrouw enige tijd haar dochter heeft geholpen in haar winkeltje. Van ambtelijke zijde werd verteld, dat dit bekend was vanwege een maandenlang onderzoek door de sociale recherche.

Mevrouw Tillemans heeft uitgelegd dat zij een aantal maanden herstellende is van maagkanker en dat zij zonder enige vorm van vergoeding in bedoeld winkeltje heeft gewerkt omdat ‘de muren thuis op haar afkwamen’ en deze manier van tijdverdrijf een redelijke therapie vormde, waardoor mevrouw Tillemans niet voortdurend moest denken aan de slechte vooruitzichten m.b.t. haar gezondheid.

Ondanks dit gegeven, en ondanks het feit dat hier absoluut geen sprake was van betaling, noch in de vorm van geld, noch in de vorm van betaling in natura, werd er door mevrouw Duba opmerkelijk gereageerd. Op genoemde datum werd het echtpaar Tillemans namelijk gedwongen een verklaring te ondertekenen, waarin zij moesten afzien van verdere bijstandsuitkering en dat dit met terugwerkende kracht zou worden stopgezet.

Indien het echtpaar weigerde deze verklaring te tekenen, dan zou de uitkering met terugwerkende kracht tot maart 2011 moeten worden terugbetaald.

Het echtpaar Tillemans heeft onder de druk van deze omstandigheden en vanwege de schrikreactie getekend, maar enkele dagen later gemeend hierop terug te moeten komen. Vervolgens hebben zij een advocaat ingeschakeld.

In de periode van 6 december 2011 tot 3 januari 2012 heeft het echtpaar zich hoofdbrekend afgevraagd waarom toch hun uitkering was ingetrokken; het antwoord hierop blijft een puzzel, omdat zij in de veronderstelling verkeren dat hen niets te verwijten valt.

Ook de gemeente heeft geen duidelijke reden willen aangeven.

Op dinsdag 3 januari 2012 is er aan de dochter van het echtpaar verteld dat uitbetaling van de uitkering niet wordt teruggedraaid vanwege de factor ‘loongerelateerde arbeid’.

Ondanks het feit dat mevrouw Tillemans de gemeente niet heeft benadeeld en zich in geen enkel opzicht heeft bevoordeeld, blijft de gemeente bij haar standpunt dat mevrouw Tillemans zich zodanig onrechtmatig heeft gedragen dat de uitbetaling van de uitkering voorgoed is stopgezet.

Kunt u zich voorstellen dat mensen niet eens weten wat de factor ‘loongerelateerde arbeid’ betekent? Dat mensen ook niet begrijpen waarom men niet vrijwillig – zonder enige vergoeding - hun eigen dochter in haar winkeltje mag helpen, wat notabene nog (tijdelijk) een positieve uitwerking heeft op haar ziekteproces!

Dan ligt er nog de onbeantwoorde vraag: als vaststaat dat de gemeente niet is benadeeld, als ook vaststaat dat mevrouw beslist geen vergoeding heeft ontvangen (alle bankafschriften zijn aan u overhandigd), waarom dan deze bijzonder zware straf?

Ware het niet voor de hand liggend geweest om in dit geval een mindering voor een halve maand toe te passen op grond van onwetendheid van bepaalde wetgeving? Relevant beleid is in 2006 vastgesteld en sindsdien niet aangepast.

Op dit moment is hun financiële situatie buitengewoon schrijnend. De heer en mevrouw Tillemans beschikken niet over enige vorm van inkomen. Dit houdt in dat vrienden af en toe moeten helpen met enkele tientjes om daarmee de hoogst nodige boodschappen te doen.

De huur kon door deze situatie al over december niet worden betaald, kan uiteraard ook deze maand niet worden betaald en er zal nu een huisuitzetting volgen. Ook zal er sprake zijn van schuldsanering. Het wachten is nog op afsluiting van gas en licht. Kortom, het echtpaar, maar ook de drie dochters van het echtpaar, verkeren in een hopeloze situatie.

Is de ‘nalatigheid’ zodanig dat u het nu laat aankomen op een kort geding?

Waarom niet terugkeren op een te zwaar genomen besluit; deze mensen zijn thans radeloos en weten  werkelijk niet waar ze het moeten zoeken. Vandaar dat zij zich in wanhoop hebben gewend tot raadsleden; immers, tot wie zouden zij zich anders moeten wenden buiten het college van B&W?

De in de arm genomen advocaat zal actie nemen, echter, u weet dat elke juridische actie tijd in beslag neemt. Tijd die dit echtpaar zich eigenlijk niet kan veroorloven, omdat zij financieel aan de grond zitten.

Laten we nu eens gezamenlijk besluiten dat het echtpaar in onwetendheid misschien een wettelijke fout heeft gemaakt, maar dat deze niet kan en mag leiden tot een situatie zoals hiervoor omschreven. Dit kan toch niet de bedoeling zijn van ons sociale beleid; er moet in dit geval toch ook “genade voor recht” kunnen gelden?

Ondergetekenden, doen hierbij een dringend beroep op u om deze trieste en uitzichtloze zaak opnieuw in heroverweging te willen nemen en de familie Tillemans uit de nood te helpen.

In afwachting van uw reactie, verblijven wij,

Hoogachtend,

 

G.P. van As

Namens de hieronder vermelde gemeenteraadsleden,
W.E. Verschuur, R.de Vries, R. Driesen

---

---