Ons Winkeltje is nog wat ouderwets. We bezorgen ook boodschappen. Als mensen ziek zijn of niet kunnen komen is onze eerste vraag natuurlijk of iemand anders het voedselpakket niet kan ophalen voor hen. Maar er zijn altijd mensen die dat niet geregeld krijgen. Er komen bij mij dan allerlei vragen op die er eigenlijk niet toe doen. Hoe kan dat? Heb je geen vrienden of familie? Heb je geen sociaal vangnet.

Er resteert voor ons altijd de keuze om wel of niet een pakket langs te brengen. Met meer klanten moeten we dat vaker doen en daar is niet altijd genoeg tijd voor. Tot op heden proberen we altijd aan deze vraag te voldoen ook al is het soms met kunst- en vliegwerk.

Heel soms moet ik zelf aan de bak bij de bezorging. Gewoon omdat het in de reguliere tijden niet ging. Van de mensen waar ik thuis bezorg ken ik de gezichten. Soms is het bij u om de hoek. Ook de lezer zal onze klanten tegen komen, de hond uitlatend, in het dorp, op de fiets, waar dan ook.

Ze hebben huizen, soms koophuizen, soms huurhuizen. Ze zijn allemaal kind geweest, met idealen, met verliefdheden en grote liefdes, kinderen, geluk en verdriet. Vaak zijn het nette woonruimtes, soms wat minder netjes geworden door geldgebrek. Soms minder opgeruimd omdat hun hoofd te vol zit voor trivialiteiten als opruimen.  

Heel soms kom ik in woonruimtes waar ik eigenlijk niet binnen wil gaan omdat het te erg verwaarloosd is. Dan denk ik, afgedankte mensen. Het zijn geen zwervers, ze hebben een huis, maar zelfs als zwerver zul je je soms minder afgedankt voelen dan in een huis. We helpen hen met het uitpakken van het voedselpakket in een keuken, waar de woningbouwvereniging zich voor zou moeten schamen. Hun huisdier is hun enige vriend in deze wereld. Soms is de eerste vraag, zit er iets bij dat ik gelijk kan eten? Daarom brengen we nog thuis, want voor ons horen ze er nog gewoon bij.