De strijd om de Gnephoek
Het advies aan minister Hugo de Jonge is duidelijk: de Gnephoekpolder kan worden bebouwd met 5.500 woningen op de hoger gelegen delen. De Alphense wethouder Gerard van As strijdt hier al jaren voor en is blij. Maar: de strijd is nog niet gestreden. Er zijn vervolgstappen en die moeten goed worden doorlopen voordat de eerste spade de grond in gaat.
Onlangs is het positieve advies van Wim Kuijken aan minister Hugo de Jonge overhandigd: bouwen in de Gnephoekpolder is goed mogelijk en het meest realistische scenario is 5.500 woningen op de hoger gelegen gronden. Elke optie besteedt aandacht aan natuur, water en bodem.
Met dit groene licht kan de gemeente Alphen aan den Rijn verder met de inmiddels in gang gezette plannen. Er is in september een budget beschikbaar gesteld door de gemeenteraad om de nodige onderzoeken te bekostigen. De onderzoeken zijn de onderleggers voor een masterplan voor de bebouwing van de polder Gnephoek. Aandacht wordt onder meer besteed aan bodemonderzoek, verkeersafwikkeling en compensatie voor weidevogelgebied.
Bodemgesteldheid
Natuurlijk is al veel bekend, de zaak loopt immers al jaren. Zo is al in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw onderzoek gedaan, om een geheel andere reden dan de wens om te bouwen, naar de bodemgesteldheid in de polder. Veel polderlandschap is het gevolg van veenafgravingen. Onder het weidegebied ligt vaak een slappe bodem.
Maar, er zijn ook grote stukken met als ondergrond zand. Dit zijn de voormalige oeverwallen van de Oude Rijn en de zijrivieren. Een bekend voorbeeld is de Zegerplas die is ontstaan door het afgraven van een grote zandplaat.
De bodem van de Gnephoekpolder bestaat uit een mix van een vaste voor bouwen geschikte ondergrond van zand, vooral aan de zuidelijke kant, en een slappe bodem grenzend aan de Vrouwgeestpolder.
Projectontwikkelaars
Naar aanleiding van de uitkomst van de oudere onderzoeken heeft een aantal projectontwikkelaars haar kans gegrepen en grond in de Gnephoek aangekocht. Dit kon omdat een aantal agrariërs zichzelf wilde pensioneren maar geen bedrijfsopvolging had. Een goed bod van een ontwikkelaar is dan mooi meegenomen.
Dit soort aankopen is overigens gebruikelijk in de hele vastgoedwereld. Als er ‘goede grond’ beschikbaar is, wordt dit aangekocht. Deze gronden blijven vaak tientallen jaren ongebruikt in de verwachting dat er ‘ooit’ woningbouw zal plaatsvinden.
Speculatie
Door de vroege aankopen van projectontwikkelaars heeft de gemeente Alphen aan den Rijn niet de mogelijkheid gehad om een voorkeursrecht op de polder te leggen. Daarom is er maar weinig grond in handen van de gemeente. De ontwikkelaars zullen absoluut geld verdienen aan de geplande woningbouw. Het is echter niet zo simpel als het lijkt. Uit de winst die zij maken moeten ook zaken als infrastructuur en inrichting van de openbare ruimte, groen en parkeren, worden betaald.
Gemeente, provincie en rijksoverheid
Hoewel het de gemeente Alphen aan den Rijn is die wil bouwen, is het de provincie die toestemming moet geven voor woningbouwlocaties buiten de grenzen van de huidige bebouwing. Provincie Zuid-Holland heeft zich de afgelopen jaren hard opgesteld: geen woningen in het Groene Hart en zeker niet in de polders.
Uiteindelijk is door een goede lobby van een aantal landelijke partijen met een lokale fractie in Alphen de aandacht van de Tweede Kamer getrokken. Toen is het balletje richting ministerie gaan rollen. Minister De Jonge is op werkbezoek geweest, raakte betrokken bij de ruzie tussen gemeente en provincie en heeft het onderzoek van Wim Kuijken gelast.
Groene polder
Het behoud van de Gnephoek als weidegebied heeft de gemoederen behoorlijk bezig gehouden. Toen eenmaal bleek dat de gemeente met één oog naar de polder keek om te gaan bouwen, ontstond direct de actiegroep Maak Het Hart Niet Hard. Hier schaarden de lokale afdelingen van de politieke partijen SP en GroenLinks zich achter. Dit leidde ertoe dat GroenLinks in januari 2021 voortijdig de coalitie verliet.
Maak het Hart Niet Hard is in haar reactie niet onder de indruk van het slechts twintig pagina's tellende document van Kuijken. De actiegroep, grotendeels bestaand uit bewoners van de polder, vindt het rapport slecht onderbouwd. Zij verwacht dat het laatste woord over bebouwing in de Gnephoek nog niet is gezegd.
Uitdagingen
Het laatste woord is inderdaad nog niet gezegd en bovendien heeft een nieuwe bouwlocatie altijd een lange aanlooptermijn voordat de eerste spade de grond in gaat. Aan het masterplan wordt gewerkt en dat is de eerste stap om tot woningbouw te komen.
Andere uitdagingen zijn onder meer ontsluiting en protesten van buurtbewoners. Naast de aansluiting op de Maximabrug is kleine bypass met een tunnel onder de Heimanswetering om de nieuwe wijk te verbinden met de Burgemeester Bruins Slotsingel gewenst. Ook is het goed om te werken aan passend openbaar vervoer, meer dan de huidige streekbus tussen Koudekerk en de Oudshoornseweg.
Beoogde bouw
Het is vooralsnog de bedoeling om in de nieuwe wijk de normale verdeling van woningen te hanteren: 30 procent sociaal, 30 procent midden en 40 procent vrije sector. De laatste categorie zal het geld moeten binnenbrengen om de eerste twee te betalen. De sociale woningbouw is bestemd voor de laagste inkomens. De categorie midden is bestemd voor mensen met een modaal inkomen, zij komen niet in aanmerking voor sociale woningen en kunnen de vrije sector niet financieren.