Relus Breeuwsma is inmiddels bijna twee jaar wethouder, met onder andere de portefeuilles buitengebied, mobiliteit, recreatie en milieu. Lees hier het interview waarin we dieper ingaan op Relus ervaringen en visie als wethouder.

Wat kenmerkt jou als wethouder?  

Ik hou ervan om met mensen contact te maken, ben voor iedereen aanspreekbaar en maak graag af en toe een dolletje. Dat blijf ik doen, want het is belangrijk om gewoon jezelf te blijven en geen rol te spelen.  Ik ben in mijn werk niet anders dan thuis. Maar dáár draag ik geen stropdas!  

De opdracht uit het coalitieakkoord is zichtbaar en dichtbij. Hoe geef jij daar invulling aan? 

Zowel binnen als buiten de ambtelijke organisatie, ga ik zoveel mogelijk ‘face to face’ het gesprek aan. Mijn telefoonnummer staat op de gemeentesite, dus iedereen die zich ergens zorgen over maakt of een goed idee heeft, kan me bellen. Als er ergens iets speelt, ga ik er het liefst naartoe om ter plekke het goede gesprek te voeren. Inmiddels woon ik zes jaar in de gemeente en ben ik op de meeste plekken wel een keer geweest, maar ik zie nog elke dag nieuwe dingen en blijf me ook regelmatig verwonderen.   

Waarover bijvoorbeeld? 

Er wordt vaak naar de gemeente gekeken voor de oplossing van een probleem, maar wij zijn niet overal verantwoordelijk voor en regelmatig afhankelijk van andere partijen. Dat bijvoorbeeld een straat in een jaar meerdere keren open gaat, komt omdat niet alleen de gemeente het riool moet vervangen, maar ook kabelmaatschappijen hebben eigen kabels in de ondergrond. Wij doen als gemeente ons uiterste best om planningen bij elkaar te brengen en toch gebeurt het dat planningen niet kloppen, met alle gedoe tot gevolg.  

Waarom kun je niet gewoon zeggen, het is onze straat en als je iets wilt vervangen dan kan dat in deze periode en anders mag het niet? 

Wij geloven in samen doen en ik vind het heel belangrijk dat de gemeente naar andere partijen en bedrijven heel duidelijk is, om te voorkomen dat straten twee keer achter elkaar opengebroken hoeven te worden. We stemmen altijd onze planning met hen af en zorgen dat onze aannemers op tijd klaar staan. Maar door personeelsgebrek gebeurt het helaas steeds vaker dat afspraken niet kunnen worden nagekomen. Ik begrijp heel goed dat dit voor bewoners irritant is en het irriteert mij ook geregeld, maar dan richt ik me op waar ik wel invloed op heb en zo blijf ik enthousiast.  

Als je kijkt naar de eerste twee jaar, waar word je blij van? 

In ieder geval op het omzien naar elkaar en de goede sfeer binnen mijn partij, het CDA. We hebben een mooie club mensen die fijn samenwerken en er wordt elkaar wat gegund. Het voelt alsof we (fractie, raad, bestuur, college) met elkaar goed aan het bouwen zijn. Niet alleen huizen, maar ook gemeenschappen waar mensen met plezier wonen, werken en recreëren. Ook de samenwerking tussen partijen in de raad is heel constructief.  

Wij laten ondernemers in o.a. recreatie en toerisme succesvol zijn!

Inhoudelijk hebben we op het terrein van recreatie en toerisme mooie stappen gezet, wat goed is voor de lokale economie. Samen met het Platform Recreatie en Toerisme (PReT) hebben we echte arrangementen ontwikkeld met fietsroutes om mensen meerdere nachten in onze omgeving te houden. Een toerist wil een beleving en ontzorgd worden, daar spelen we met de sector op in. We merken dat dit mensen aantrekt en daar hebben de horecaondernemers en winkeliers profijt van. 

Een veilige en schone woonomgeving

Verder is het op orde krijgen van de openbare ruimte deze collegeperiode een belangrijk speerpunt. We zijn hard bezig het onderhoud te verbeteren en achterstanden in te lopen. We zijn er nog niet, maar de meeste wijken zien er beter uit. We maken een kwaliteit slag en kijken daarbij ook gelijk naar duurzaamheid. Zo is inmiddels bijna overal de buitenverlichting vervangen door LED verlichting. Hiermee besparen we energiekosten.  

Binnen de gemeente gebeurt veel! 

Waar ik van onder de indruk ben is de enorme hoeveelheid werk dat verzet wordt. We zijn een grote gemeente (zesde van Zuid Holland) met steeds meer taken. En Alphen aan den Rijn doet veel werk met eigen mensen, zoals het op orde houden van de buitenruimte. 

Waar maak jij je sterk voor de resterende twee jaar?

Verkeersveiligheid en mobiliteit zijn erg belangrijk, dus een echte rondweg om Alphen en een brug voor Boskoop staan boven aan de lijst. Soms schrik ik wel hoeveel tijd zaken vragen en dat we al halverwege zijn. We hebben als college nog veel plannen en ondertussen staan we ook voor ingewikkelde financiële keuzes om de gemeentefinanciën op orde te houden. Waar ik graag vol energie op blijf inzetten is het verbeteren van de verkeersveiligheid én de eerste stappen zetten naar een echte rondweg om Alphen. De ontwikkeling van de Gnephoek biedt ons geweldig veel kansen daarvoor. Voor Boskoop doe ik mijn best om in de toekomst tóch een nieuwe brug te realiseren bij de Halve Raak. Voor beide dossiers geldt dat we het stapje voor stapje moeten aanpakken.  

Verder is het buitengebied van onze gemeente een heel belangrijk onderdeel van mijn werk. Veel mooie gezinsbedrijven zitten inmiddels al jaren in de knel en het perspectief lijkt verder weg dan ooit. Maar voor de voedselvoorziening en het beheer van ons Groene Hart is een gezonde agrarische sector van essentieel belang, ook voor de leefbaarheid in de dorpen! Veel boeren zijn geconfronteerd met op onderdelen onnavolgbaar Rijksbeleid. Kalenderlandbouw bedacht vanachter de tekentafel is daar een schrijnend voorbeeld van. Het ingewikkelde is wel dat gemeenten formeel geen rol hebben bij de stikstofaanpak. Maar ik zie dat er een sterke wil is om als sector te willen door ontwikkelen. Dus als lokale overheid proberen we juist wel zo concreet mogelijk die stappen daarbij te ondersteunen. 

Wat doet de gemeente voor andere ondernemers?

Nou het begint al bij de grondhouding en die is gewoon heel positief. Er zit een college van burgemeester en wethouders met een warm hart voor ondernemers. We doen ons uiterste best om randvoorwaarden te creëren die ondernemers helpen. Alphen aan den Rijn ontwikkeld zich meer en meer tot A1-locatie voor bedrijven, als centrum gemeente in de regio. Vanuit die optiek kijk ik specifiek naar zaken als verkeersdoorstroming en parkeergelegenheid. Maar óók naar het openbaar vervoer en ons fietsnetwerk. Met een goede mix aan mobiliteit kan Alphen echt het verschil maken voor werkgevers en werknemers. Daar zet ik me elke dag met veel plezier voor in.