Deel 4: PCB Groen van Prinstererschool - Vanaf maandag 16 maart zijn scholen in heel Nederland gesloten. Sinds die tijd bieden basisscholen in Alphen daarom onderwijs op afstand aan. “We missen de leerlingen heel erg.”
“Het was een onwerkelijke situatie”, begint Annemiek Nanninga, locatieleider van de Groen van Prinstererschool Alphen aan den Rijn. “Het zat al een tijdje in ons achterhoofd dat er een reële kans was dat de scholen zouden gaan sluiten. Toen de sluiting werd aangekondigd, was onze eerste prioriteit om ouders en kinderen van informatie te voorzien. Zij moesten weten waar ze aan toe waren en hoe het onderwijs op afstand er uit zou komen te zien.”
Een nieuwe situatie
Op maandagochtend kwam het team van de Groen van Prinstererschool bij elkaar om te bespreken hoe het onderwijs op afstand vorm moest krijgen. “We zijn met elkaar gaan overleggen hoe we dit het beste aan konden pakken, omdat het voor iedereen een nieuwe situatie was. Ook was het vreemd om dat op gepaste afstand van elkaar te doen.”
De leerlingen konden op dinsdag 17 maart hun lespakket ophalen. “De docenten hebben allemaal een leuk briefje bij het pakket gedaan met een persoonlijke boodschap voor de leerlingen. Op die manier hebben ze toch het idee dat we bij ze zijn”, vertelt Nanninga. “Dat is iets wat we op school heel belangrijk vinden, het zoeken naar die verbinding tussen leerlingen en docenten.”
In het thuiswerkpakket zitten onder andere schrijfbladen en rekenbladen, zodat de kinderen niet alleen maar digitaal werken. Er zit ook een bewegingsbingo in, zodat de leerlingen actief bezig kunnen zijn. "Verder hebben we een ansichtkaart toegevoegd voor de ouderen die in Oudshoorn verblijven. Op de voorkant van de kaart staat: 'De kinderen van de Groen denken aan u'. Normaal gaan we met de pannenkoekendag voor de bewoners bakken en eten we die met elkaar op. Dat ging dit jaar helaas niet door. Op deze manier willen we de mensen in Oudshoorn een hart onder de riem steken en zo ook verbinding blijven zoeken met de mensen buiten school die dat in deze tijd hard nodig hebben."
Het voordeel was dat de school al wel enige ervaring had met digitale lesmethoden. “We zijn een Snappet-school, dus leraren en leerlingen zijn gewend om met die methode te werken.” Op Snappet wordt er werk opengezet zodat leerlingen thuis op eigen niveau verder kunnen werken. Leraren kunnen dan hun voortgang zien en bijhouden. “Het heeft wel een iets andere invulling gekregen omdat de docenten nu niet in de buurt zijn, maar in de basis blijft het dezelfde lesmethode”, vertelt Nanninga.
Geen leerlingen is een gemis op school
De basisschool werkt nog niet met videobellen. “Daar is op dit moment nog geen sprake van, maar we zijn wel aan het kijken naar de mogelijkheden. Wel is er elke dag een vragenmomentje. Leerlingen maken daar ook gretig gebruik van, dan sturen ze foto’s en maken ze een leuk praatje over hoe hun dag is geweest. Ze missen toch dat ze hun verhaal met iemand kunnen delen.”
Leerlingen zijn enthousiast over de manier van lesgeven. “Kinderen vinden het leuk en interessant om op deze manier les te krijgen. Ook maken ze geregeld opmerkingen als ‘ik ben trots, want ik heb al mijn werk af’. Het is fijn om te zien dat ze geïnteresseerd zijn in de leraren, dan vragen ze ‘en, hoe gaat het nu met jullie?’ Dat is heel mooi om te ervaren.”
De docenten missen de leerlingen wel. Daarom is er ook een filmpje gemaakt, waarin foto’s getoond worden van de lege gangen en klaslokalen. Daarna zie je alle docenten die zwaaien of hun duim opsteken en lachen naar de leerlingen, zodat die weten dat we aan ze denken. Op de ramen van de school hebben de docenten een boodschap voor de leerlingen geschreven: ‘wat is de school leeg zonder jullie’ en ‘zorg goed voor elkaar’. Het is een mooie positieve boodschap”, vertelt Nanninga. “Het is geweldig om te zien dat voorbijgangers stoppen om de boodschap te lezen en vervolgens met een glimlach op hun gezicht verder lopen.”