Centrum
De Alphense brug bestaat in vele gedaantes al eeuwen lang. De oudste beschrijvingen vertellen van een stenen brug met 2 bogen, waar kleine schepen onder door konden varen.
Mogelijk was er al in de Romeinse tijd een eerste brug zoals afgebeeld.
In 1589 werd besloten tot de bouw van een echte beweegbare brug. Van deze brug zijn diverse tekeningen en prenten bewaard gebleven.
In 1910 werd de enkele klapbrug vervangen door een dubbele klapbrug. Deze smalle brug leverde met het steeds drukker wordende verkeer na de oorlog steeds meer problemen. In de jaren 50 van de vorige eeuw werd het centrum grondig aangepakt. Veel mooie gebouwen werden gesloopt om de toegangsweg naar de brug breder te maken. De nieuwe brug had weer een enkele klep.
In 1985 stortte de brug in elkaar, maar hij werd weer gerepareerd.
Gerelateerde afbeeldingen:
De huidige Adventskerk is gebouwd van 1920-1922, nadat in 1916 de "Nieuwe Kerk" door brand, veroorzaakt door een dakdekkersleerling, was verwoest. Achter de kerk staat de grafkapel van Baron De Smeth (nu stiltecentrum) het enige deel van
de vorige kerk, dat niet was afgebrand. De "Nieuwe Kerk", daarvoor was in de plaats gekomen voor de "Oude Kerk", die in 1619 (het omgekeerde van 1916) was afgebrand.
De architect van de Adventskerk (1.200 zitplaatsen toen) was W.Ch. Kuijper. J. Gesman en H. Turkenburg waren de aannemers.
De plattegrond van de kerkruimte is een Grieks kruis. De hoeken hiervan zijn opgevuld met resp. twee torens aan de oostzijde en vergaderzalen aan de westzijde. Het gebouw als geheel heeft daardoor een vierkante plattegrond. In drie armen van het kruis waren oorspronkelijk galerijen aangebracht om voldoende zitplaatsen te bieden. In de vierde arm kreeg de preekstoel met het orgel een plaats.
De kerk heeft een sobere architectuur, maar wordt zeer verlevendigd door de grote kleurige glas-in-loodramen. Het glanzende koper van de orgelkas en de kroonluchters draagt hier aan bij.
Het kerkinterieur is in 1974 grondig gewijzigd. De galerijen aan de zuid- en noordzijde werden afgebroken, de deuren links en rechts van de preekstoel verwijderd en alle banken op de begane grond vervangen door stoelen die in een halve cirkel om de preekstoel zijn geplaatst. Aan de oostzijde kwam een ontmoetingsruimte die indien nodig weer bij de kerk getrokken kan worden.
In de toren hangt een carillion uit de jaren 1960 van Klokkengieterij Petit en Fritsen.
Het orgel is in 1922 gebouwd door de firma G.F. Steinmeyer & Cie., waarvan er maar 2 in Nederland zijn.
Gerelateerde afbeeldingen:
De Castellumstraat is genoemd naar het Romeinse fort dat in het begin van de jaartelling op de plaats van het centrum van Alphen lag.
Vroeger heette de Castellumstraat de Schoolstraat en nog weer eerder de Papenstraat.
Gerelateerde afbeeldingen:
De Pieter Doelmanstraat heette vroeger de Brugstraat. Na de 2e Wereldoorlog werd naam van de verzetstrijder Pieter Doelman aan de straat verbonden.
Gerelateerde afbeeldingen:
De Julianastraat was eeuwenlang de belangrijkste straat van Alphen, waarover alle verkeer van Leiden naar Utrecht trok. De straat begint aan Noordzijde bij het omloopkanaal en eindigt aan de Zuidzijde opnieuw bij het omloopkanaal.
Ten Noorden gaat de Julianastraat over in de Wilhelminalaan en ten Zuiden in Prins Hendrikstraat.
Voordat de straat naar de toenmalige prinses Juliana werd genoemd, heette het de Dorpsstraat. De naamswijziging vond plaats bij de fusie tussen Alphen, Aarlanderveen en Oudshoorn in 1918. Alle drie de dorpen hadden een eigen Dorpsstraat. In Aarlanderveen (Rijnzijde) werd de naam gewijzigd naar Raadhuisstraat, in Oudshoorn naar Hooftstraat en in Alphen werd prinses Juliana vernoemd.
De straat is overigens al bijna 2.000 jaar oud en maakt in de Romeinse tijd deel uit van de Limes, de noordgrens van het rijk, waarvan delen nog steeds zichtbaar zijn in de buurt van Zwammerdam.
Gerelateerde afbeeldingen:
De Raadhuisstraat is genoemd naar het oude raadhuis van de voormalige gemeente Aarlanderveen. In de richting van het centrum is er nog steeds de nodige zakelijke activiteit in de vorm van speciaalzaken en horeca, maar vroeger waren er winkels tot aan de Maranathakerk toe. Samen met de van Mandersloostraat en de Aarkade, vormde de Raadhuisstraat het hart van Aarlanderveen aan de Lage Zijde. Op diverse plaatsen kon aangemeerd worden om schepen te ontladen of te bevrachten. Dwars op de weg waren arbeidershuisjes gebouwd die veelal door een poort te bereiken waren, de huisdeur was zelden aan de straatkant.
Er lagen diverse buitenplaatsen en kastelen in en langs de Raadhuisstraat: Rijnstroom, Swaenswijck, Hofzicht en Berendrecht komen nog voor in de namen van parken, wijken en straten.
Tegenover park Rijnstroom (de voormalige Marthastichting) stond de Trasmolen, die tras (een soort natuursteen) vermaalde tot grondstof voor specie, waarmee huizen en gebouwen gemetseld werden.
Hoewel er de nodige nieuwbouw heeft plaatsgevonden, heeft de straat nog steeds een eigen karakter. Horeca, winkels, woningen en bedrijven wisselen elkaar af in oude en nieuwe panden, die meebuigen met een flauwe bocht in de Oude Rijn.
Gerelateerde afbeeldingen:
De Rijnkade is altijd een "deftig" stukje van Alphen aan den Rijn / Aarlanderveen geweest. Gelukkig is een groot deel van deze panden niet, zoals veel andere prachtige panden, gesloopt. De Oude Rijn was in de 19e eeuw veel smaller. Er lagen toen tuintjes voor de huizen en er stonden grote bomen. Met de verbreding van de rivier is dat wel verdwenen.
Er zijn 3 Rijksmonumenten te vinden:
Nummer 5 (rond 1750)
Een herenhuis met verdieping en hoog, pannen schilddak, waarop hoekschoorstenen. Dakkapel. Houten middenpartij, waarin deuromlijsting met gecanneleerde pilasters en hoofdgestel en palmetkapitelen. Bovenvensters met zijstukken en hoofdgestel. Vensters met zesruitsschuiframen. Nu restaurant Proto.
Nummer 6 (rond 1780)
Een pand, waarvan de gevel ingezwenkte zijkanten en een kroonlijst heeft. Deur met gecanneleerde pilasters en hoofdgestel. Natuurstenen hoekvoluten.
Nummer 11 (rond 1780)
Deftig herenhuis met blokvormig voorgedeelte, bestaande uit twee verdiepingen, waarop een schilddak met twee dakkapellen, bekroond door frontons
Gerelateerde afbeeldingen:
In de Romeinse tijd was de Oude Rijn nog de hoofdstroom in de Lage Landen delta van de grote rivier de Rijn, die de Noordgrens van het rijk vormde. Eb en vloed drongen ver door in de binnenlanden en het gebied leek veel op de huidige Biesbosch.
In de loop van de eeuwen, verlegde de rivier haar loop en greep ook de mens in. Uiteindelijk was van de machtige Rijn een kanaalachtig riviertje overgebleven. Overigens waren er nog wel wat problemen. De afwatering liep niet altijd even goed.Rond Alphen waren er regelmatig overstromingen, omdat de monding van de Rijn bij Katwijk verzandde en er nieuw water uit de provincie Utrecht na regenval hier heen kwam. Bij Zwammerdam werd daarom rond 1150 een afdamming gemaakt. Hier hadden we minder problemen, maar in Utrecht des te meer.
Nederland was toen onderdeel van het Duitse Keizerrijk en keizer Frederik Barbarossa besloot dat de dam weg moest, maar dat Utrecht en Holland gezamenlijk een oplossing moesten vinden in het reguleren van het water. Koningin Juliana heeft in Zwammerdam in 1965 een herdenkingsbeeldje ter gelegenheid van het 800e jaar onthuld.
De Oude Rijn stond tot 1800 nog in open verbinding met de zee. In Alphen was er toen iedere dag 2x hoog- en laagwater. Bij laag water konden schepen het centrum niet passeren. Daarom is in de 17e eeuw een omloopkanaal gegraven, zodat een deel van de schepen in ieder geval wel kon doorvaren. Het omloopkanaal is grotendeels nog in takt, zij het dat er niet meer gevaren kan worden. Volgens velen een gemiste kans bij de grootschalige herinrichting van de Hoge Zijde. Het omloop kanaal loopt vanaf de Oude Rijn bij het Schoutenhuis in de Julianastraat via de Paradijslaan onder de Castellumstraat weer terug naar de Rijn.