Gemeenten in hoger beroep over inkoop jeugdhulp
De gemeenten Alphen aan den Rijn en Kaag en Braassem gaan in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechter om de inkoop van jeugdhulp op een andere manier in te vullen. De gemeenten hebben het kort geding, dat was aangespannen door een jeugdhulpinstelling, verloren.
Vorige week deed de voorzieningenrechter uitspraak in het kort geding dat GGZ Rivierduinen tegen de gemeenten had aangespannen. De rechter stelde de instelling in het gelijk, waardoor de gemeenten niet konden overgaan tot het definitief beleggen van de jeugdhulp voor de periode 2017-2019. De gemeenten verzekeren dat de continuïteit van zorg door de lopende rechtszaak niet in gevaar komt en hebben daarin concrete maatregelen genomen.
Beide gemeenten hebben de afgelopen dagen benut om het vonnis van de voorzieningenrechter te bestuderen. Zij herkennen zich op een aantal punten niet in het vonnis en gaan daarom in hoger beroep. De colleges van Alphen aan den Rijn en Kaag en Braassem benadrukken dat het doel van dit inkooptraject nog steeds hetzelfde is: ervoor zorgen dat cliënten in onze gemeenten sneller en beter worden geholpen. "Er is ons veel aan gelegen om dat mogelijk te maken. Dat is ook het doel van hoger beroep", aldus de Alphense wethouder Han de Jager.
Continuïteit heeft prioriteit
Het is voor beide gemeenten essentieel dat de rechtsgang op geen enkele manier belemmerend werkt voor cliënten. Continuïteit van zorg heeft daarom prioriteit. Daarom gaan de gemeenten afspraken maken met de huidige aanbieders van jeugdhulp, zodat zij hun werk de komende periode gewoon voort kunnen zetten. Voor cliënten verandert er dus niets.
Volgende week ontvangen alle inwoners die gebruik maken van jeugdhulp een brief waarin zij door de gemeenten worden geïnformeerd over de actuele stand van zaken en wat dit voor hen betekent.
