Oud Alphen: de rijke geschiedenis van buurtschap Gouwsluis
Aan weerszijden van de Gouwe, op het punt waar deze in de Oude Rijn stroomt aan de Alphense (hoge) zijde, vind je het voormalige buurtschap Gouwsluis. Een wijk met een rijke geschiedenis.
De buurtschap Gouwsluis heeft zijn naam te danken aan een keersluis in de Gouwe. Deze keersluis werd in 1244 aangelegd onder het bewind van de graaf van Holland, Willem II, op de plek waar de rivier de Gouwe uitliep in de Oude Rijn. Deze keersluis lag, samen met twee bruggen, op de plaats waar inmiddels de Hefbrug staat. De sluis werd aangelegd nadat de Gouwe is doorgetrokken tot aan de Rijn. Zo hadden kopers van veen een vrije watergang van en naar Waddinxveen, over de Gouwe en de Rijn.
Beheer Gouwsluis
Een paar eeuwen later, in 1508, bleek de keersluis in slechte staat te verkeren. Vanuit Spaarndam kwam te veel zout water op het Rijnlandse boezemwater terecht, waardoor ook in de Gouwe in Gouda. Het water kon daardoor nauwelijks meer gebruikt worden voor de plaatselijke bierbrouwerijen. De sluis werd daarom omgebouwd naar een schutsluis, wat ervoor zorgde dat de toevoer van zout afnam.
De tekst loopt door onder de afbeelding.
Daarna volgde jarenlange schommelingen in het beheer van Gouwsluis. Het Hof van Holland had besloten zelf het onderhoud te regelen. Er werd een tweede schutsluis aangelegd. In diezelfde tijd, rond 1574, vernielden de Spanjaarden ook de sluis. Mede hierdoor kon Leiden worden bevrijd van de bezetting. Later kwam de sluis in handen van het Hoogheemraadschap van Rijnland en in 1620 nam de provincie Holland het onderhoud over. De provincie bouwde in 1621 de kleinste van de twee schutsluizen weer om tot een keersluis.
Het Rampjaar
In het jaar 1672, het zogenaamde Rampjaar, vielen verschillende troepen Nederland aan. Bij Gouwsluis werd dat jaar een fort gebouwd. Vanuit dit fort versloegen de Staatse troepen het Franse leger. Hierbij hebben vendels gevormd uit de burgerij een belangrijke rol gespeeld. Zo wist de Nieuwkoopse schout, Hendrik van Sevenhoven, de Fransen te verjagen met behulp van gewapende boeren uit Aarlanderveen en door slim gebruik te maken van de terreinomstandigheden. Via Bodegraven en Zwammerdam trokken zij over het ijs terug.
De tekst loopt door onder de afbeelding.
Werken op de scheepswerf
Eeuwen later, in het begin van de twintigste eeuw, was buurtschap Gouwsluis uitgegroeid tot een drukke buurt. Veel bewoners van Gouwsluis verdienden hun brood aan het drukke scheepvaartverkeer. In 1901 werden er 24.587 scheepsvaarbewegingen geteld, en in 1930 waren het er zelf 35.520.
Een belangrijke werkgever was scheepswerf ‘De Vooruitgang’ van Dirk Boot. In 1907 werkten hier 100 man. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden daar schoeners en motorbargen gebouwd; vanaf 1916 zelfs ook zeeschepen. In 1930 begon ook de motorenfabriek aan de Gouwsluisseweg te draaien. Vanwege de drukte in de Gouwe werd besloten een beweegbare brug te bouwen. In 1938 kwam de Hefbrug in de plaats van de oude bruggen.
Na de Tweede Wereldoorlog
Op 23 maart 1945 deed de Royal Airforce een poging tot het bombarderen van de hefbrug, maar dit mislukte. Hierdoor werden huizen op de Gouwsluisseweg en de Zeilmakerstraat vernield. Meerdere mensen overleden door dit incident.
De tekst loopt door onder de afbeelding.
De bewoners uit de wijk waren tot in de jaren ‘70 voornamelijk werkzaam bij de scheepsbouwer en motorenfabriek van Boot en bij Verschuur Olie. Kleine middenstanders verdienden daar hun dagelijks brood. De bouw van de Hefbrug en de afbraak van de bruggen zorgden er echter voor dat de Gouwsluisseweg en de Gouwestraat doodlopende straten werden. Hierdoor verlieten veel mensen de wijk en sloot de scheepswerf.
Sloop scheepswerf
Inmiddels zijn we ruim vijftig jaar verder en zijn er plannen voor woningbouw op de locaties van de oude bedrijven. Voor veel mensen betekent dit afscheid nemen van een plek met veel herinneringen. Afgelopen maand kregen geïnteresseerden de gelegenheid om een laatste keer op de scheepswerf te komen. Ook de familie Boot heeft van deze gelegenheid gebruikt gemaakt. Met de familie is afgesproken dat een gebrandschilderd raam, gemaakt ter ere van het 100-jarig bestaan in 1951, een speciale plek krijgt in de nieuwe wijk.